Sluitertijden

Gepubliceerd op 12 januari 2023 om 20:38

De basis voor elke fotograaf zijn toch wel de begrippen:

Diafragma, ISO waarde en sluitertijd. Deze laatste gaan we nu in 7 stappen uitleggen.

     

    1. WAT BEDOELEN ZE MET SLUITERTIJD?

    Wie normaal gesproken op de automatische stand fotografeert zal zich het meest afvragen wat sluitertijd is. Normaal gesproken is het namelijk de camera die deze keuze mogelijkheid voor jou invult. Wie wat meer uitdaging zoekt in de fotografie zal ontdekken dat er meer is om te ontdekken. Sluitertijd is dan ook een van de basisbegrippen om te leren begrijpen wanneer je meer wilt bereiken met je fotografie talent. Wanneer je wat beter naar je camera kijkt zul je ontdekken dat je de sluitertijd handmatig kunt instellen.

    In je camera zit namelijk een sensor die een bepaalde hoeveelheid licht nodig heeft om een foto te kunnen maken. Deze sensor beschikt over super kleine microsensoren die licht kunnen omzetten in digitale data en daarmee je foto opbouwen. Om de juiste digitale data door te kunnen geven hebben deze sensoren de juiste hoeveelheid licht nodig! De camera heeft dan ook een gordijntje die de hoeveelheid licht afsluit dat door je lens naar binnen valt. Wanneer je de ontspanknop indrukt zal dit gordijntje openklappen. Deze zogenoemde sluiter kun je daardoor een bepaalde tijd open laten staan om de juiste hoeveelheid licht op je sensor te laten vallen.

     

    1. WAT IS DAN DE BELICHTINGSTIJD?

    We hebben in de fotografie de gewoonte om sluitertijd en belichtingstijd onder dezelfde noemer te laten vallen. In principe is het echter iets anders. Hebben we het over sluitertijd dan praten we over de tijd dat het gordijn (sluiter) in je camera openstaat. Met belichtingstijd hebben we het over de hoeveelheid licht die op de sensor valt. Dit licht wordt namelijk niet alleen bepaald door de tijd waarop de sluiter openstaat. In dit geval speelt de hoeveelheid licht die door de lens valt ook een bepalende rol.

    Samen met het Diafragma en de ISO waarde kun je deze hoeveelheid licht regelen. Samen met de sluitertijd vormen zij de belichtingsdriehoek! Meer uitleg over deze belichtingsdriehoek kun je in mijn andere artikelen in mijn fotoblog lezen. Om even ‘on topic’ te blijven houden we het even bij hoeveelheid licht die door de lens valt. Deze is namelijk te regelen door de lens groter of kleiner in te stellen door middel van een verstelbare opening. Hierdoor kun je meer licht op de sensor laten vallen en heb je een kortere sluitertijd waarde nodig.

     

    1. HOE WORDT DE SLUITERTIJD AANGEGEVEN?

    Elke foto die je maakt heeft dus een bepaalde sluitertijd. Deze tijd geven we aan in een seconde en elke tijd die sneller is dan een seconde geven we aan in een breuk. Nou zullen sommigen gelijk in de stress schieten bij het woord ‘breuken’ maar wees gerust het valt best mee. Op veel camera’s kun je de sluitertijd instellen van zo’n 1/4000 tot 30 seconden. Het verschilt soms wat per camera. 1/4000 is dus 1/4000e van een seconde wat heel erg kort is en daardoor zelfs bewegingen kan bevriezen. Modernere camera’s kunnen tegenwoordig nog een stapje verder tot 1/8000e waardoor er nog snellere sluitertijd gebruikt kunnen worden.

     

    1. WAT BEDOELEN ZE MET ‘STOPS’ BIJ SLUITERTIJDEN.

    Zet je al die getallen en breuken in een overzicht dan ziet zo’n sluitertijd tijdlijn er als volgt uit:

    Als je de getallen in dit overzicht volgt zul je zien dat de sluitertijd elke keer verdubbelt of afneemt. Zowel bij ISO waardes als Diafragma waardes is dit principe hetzelfde. Elke stap naar boven of naar beneden noemen we in de fotografie en Stop. De tussengetallen zijn instelbaar in het menu van je camera.

    Steeds meer cameramerken bieden deze mogelijkheid aan om je sluitertijd met halve of derde ‘stops’ in te stellen. Op deze manier is het mogelijk om je sluitertijd nog preciezer te kunnen beheersen. Mocht dit verwarrend zijn dan is mijn advies om deze optie in eerste instantie uit te zetten om he overzicht te behouden.

    1. BEELDEN BEVRIEZEN MET KORTE SLUITERTIJDEN

    Nu we de getallen en de werking van sluitertijd op een rij hebben staan is het natuurlijk wel prettig om te weten wat we daar nou mee kunnen. Op de bovenstaande foto zie je bijvoorbeeld de ijzige koude met opspattend water en dansende rietpluimen. Het beeld lijkt verstild en bevroren in de tijd. Om een dergelijk foto te kunnen maken gebruik je een snelle sluitertijd uit het onderstaande rijtje

    1s – 1/2 – 1/4 – 1/8 – 1/15 – 1/30 – 1/60 – 1/125 – 1/250 – 1/500 – 1/1000 – 1/2000 –  1/4000 – >

     

    Voor het overzicht heb ik even hier de halve en 1/3 stopt weggelaten om overzicht te houden. Je ziet dat we kiezen uit de breukgetallen per seconde. Hoe hoger de breuk des te sneller we een beeld kunnen bevriezen. Schat de snelheid van je onderwerp ongeveer in door een van de bovenstaande getallen te kiezen. Nou is opspattend water iets heel anders dan een topsporter dus bekijk de foto die je hebt gemaakt eerst goed. Is die niet scherp of niet naar het zin? Neem dan een nog snellere sluitertijd en probeer het opnieuw. Uiteindelijk kun je met proberen en ervaring opdoen het beste inschatten wat de beste sluitertijd is.

     

    1. LANGE SLUITERTIJDEN MET BEWEGING

    Wanneer we de andere kant omdenken kunnen we ook dynamiek in foto’s brengen. Water gaat opeens bewegen en rijdende auto’s worden in het donker, lange rood/witte strepen. Sporters lijken opeens in actie te komen en wolkenluchten lijken over het landschap te razen. In dit geval kiezen we uit andere getallen maar valt er ook iets vreemds op.

    Sluitertijd 15 sec

    1/15 –  1/8 – 1/4 – 1/2 – 1s – 2s – 4s – 8s – 15s – 30s – >

    Je ziet hierboven ook breukgetallen die onder de lange sluitertijden vallen. Dat komt omdat we eigenlijk vanaf 1/15 niet meer uit de hand kunnen fotograferen. Beelden zullen vanaf deze sluitertijd onscherp en bewogen zijn. Vanaf een sluitertijd van 1/15  praten we in de fotografie dan ook over lange sluitertijden. Let wel op dat je het licht goed weet te meten en dat je een stevig statief gebruikt. Meer tips en uitleg is mijn cursus fotografie te vinden. Leef je vooral uit om creatieve foto’s maken en laat je verassen wat de mogelijkheden met lange sluitertijden zijn. Wil je overdag met extreem lange sluitertijden werken dan zou ik ook mijn artikel over ND-Filter gebruik eens goed doorlezen.

     

    1. SLUITERTIJDEN OM UIT DE HAND TE FOTOGRAFEREN

    Ieder onderwerp dat je zult fotograferen heeft een bepaalde snelheid of het staat stil. En zelfs als het onderwerp stil staat kan de omgeving in beweging zijn of jijzelf. Het is dan ook bijna onmogelijk om je camera helemaal stil te houden als je uit de hand fotografeert. Het is dus belangrijk om de juiste sluitertijd te kiezen die niet te langzaam is maar nog wel een juiste belichting geeft. Nou zul je merken dat iedereen wel een andere mening heeft over wat de juiste sluitertijd is. Belangrijk is dan om te weten dat er een vuistregel is. Je kunt je hieraan vasthouden voor een goed startpunt om ervaring op te doen.

    Die vuistregels zegt dat je een sluitertijd van 1/60 kunt aanhouden bij een standaard lens van bijvoorbeeld 18-55 mm. Gaan we echter met een langere lens (70-200mm) werken dan zal je sluitertijd weer korter moeten zijn. Wanneer er stabilisatie in je camera of lens aanwezig is zal dat ook effect hebben op je sluitertijd. Voor het moment even teveel variabelen waar we rekening mee moeten houden en die ik in een ander artikel zal uitleggen. We houden ons dus vast aan de vuistregel dat een langzamere sluitertijd dan 1/60 bij uit de hand fotograferen, niet wenselijk is. Bedenk dat het belangrijkste is dat je in de praktijk kunt spelen met sluitertijden voor meer controle en creatieve mogelijkheden.

     

    Rating: 0 sterren
    0 stemmen

    Reactie plaatsen

    Reacties

    Er zijn geen reacties geplaatst.